Over Marc Mulders

2024

Marc Mulders (Tilburg, 1958)

De kunst van Marc Mulders is als een tuin: kleurrijk en weldadig, met zachte en lichte tinten die de boventoon voeren. Hij schildert bij daglicht, in een open stal, staande op de drempel tussen het donker van de stal en de bloemenakkers rondom zijn atelier.

In vroeger werk in de jaren ’80 overheersen de donkere kleuren en schildert hij religieuze motieven als de piëta en het Laatste Avondmaal, en stillevens met dood wild, vissen en bloemen. Hij wordt in deze periode sterk beïnvloed door het werk van Chaïm Soutine. Het abstract schilderen trekt Marc Mulders aan, maar hij heeft de stoffelijkheid van dier en bloem nodig om te kunnen schilderen.

Een belangrijk kantelpunt is de verhuizing vanuit de stad (Tilburg) naar een boerderij op landgoed Baest in 2008. De tuin en de bloemenakkers rondom zijn atelier groeien uit tot het centrale motief in zijn oeuvre. Daarmee wordt ook zijn palet gaandeweg lichter. De bloemenvelden inspireren hem tot een meer abstracte weergave van bloemen waarbij vooral de wisselwerking tussen bloemenveld en zonlicht op de voorgrond treedt.

Schilders als Willem de Kooning, Helen Frankenthaler en de late Claude Monet zijn zijn grote inspirators. Niet verwonderlijk dus dat hij zijn eigen tuinen en bloemenakkers ‘my own private Giverny’ noemt, een verwijzing naar de beroemde tuinen van Monet in Giverny.

Naast de tuin-bloemenakker als motief verdiept Marc Mulders zich al jaren in de Perzische miniatuurkunst, waarin tuinen ook een belangrijke rol spelen. De vormgeving, kleurstelling en symboliek van deze miniaturen hebben de schilderijen van Marc Mulders diepgaand beïnvloed en veel schilderijen dragen dan ook titels als Persian Garden, Let the Desert Bloom en Persian Juno Iris. Deze Perzische miniaturen oefenen ook een sterke invloed uit op de ordening van kleurvlakken en motieven op zijn schilderijen.

Glas in lood en ambachten

Ten tijde van het postmodernisme in de jaren ’90 vaart Marc Mulders een geheel eigen koers en neemt stelling tegen het postmodernisme door de zogenaamde ‘Tilburgse school’ op te richten en schrijft een manifest waar de geuzebegrippen ‘religie-traditie-ambacht’ verdedigd worden.

Naast het schilderen neemt hij in die jaren ook de ambachten glas in lood en tapisserie ter hand. Glas-in-loodramen, waaronder Het Laatste Oordeel in de Sint-Janskathedraal in ’s-Hertogenbosch, het Erasmusraam in De Grote Kerk in Gouda en Een tuin van glas in de Nieuwe Kerk in Amsterdam. Dit raam, gemaakt ter gelegenheid van het 25-jarig regeringsjubileum van koningin Beatrix, werd in Nederland in 2006 verkozen tot ‘mooiste kunstwerk van de afgelopen 50 jaar’. In 2023 werd zijn laatste glas-in-loodraam De betoverende tuin geplaatst in de Sint-Petrusbasiliek in Oirschot.

Tentoonstellingen en collecties

Marc Mulders is een van meest succesvolle moderne Nederlandse schilders. Vanaf het begin van zijn loopbaan oogst Mulders erkenning. In 1988 wint hij de basisprijs Prix de Rome en wordt hij uitgenodigd voor twee belangrijke tentoonstellingen voor jonge beloftevolle kunstenaars; Een grote activiteit (Wim Beeren, Stedelijk Museum Amsterdam, 1987) en Gemengd bedrijf (Rudi Fuchs, Haags Gemeentemuseum, nu Kunstmuseum Den Haag, 1993).

Er volgen solotentoonstellingen in het Stedelijk Museum Amsterdam (1991) en het Van Abbemuseum in Eindhoven (1993). Al snel volgt belangstelling uit het buitenland. Zijn werk wordt in die jaren getoond bij Galerie Barbara Farber in Amsterdam, die zijn werk toont op de grote internationale beurzen als Art Basel, ARCOmadrid, FIAC Paris en Art Basel Miami Beach, en er volgen solotentoonstellingen bij Galerie Templon (Parijs, 1997) en Stux Gallery (New York, 1999). Toch maakt Mulders de bewuste keuze om die internationale route niet verder te bewandelen, omdat het hem afleidt van de kern: werken in zijn atelier.

Zijn werk is aangekocht door verzamelaars in binnen- en buitenland en door musea waaronder het Stedelijk Museum Amsterdam, De Pont Museum in Tilburg, Kunstmuseum Den Haag, Museum Voorlinden in Wassenaar en het Van Abbemuseum in Eindhoven en de Rob Defares Collectie in Amsterdam.

Er volgen nog diverse solotentoonstellingen in musea, onder meer in het De Pont Museum in Tilburg (1999), het Frans Hals Museum in Haarlem (2006), Het Noordbrabants Museum in ’s-Hertogenbosch (2013) en het voormalig Gemeentemuseum Den Haag, nu Kunstmuseum Den Haag (2018).

Marc Mulders woont en werkt te landgoed Baest, Oostelbeers.