Radiouitzending: Springvossen 7 mei
In deze aflevering gaat Robert van Altena in gesprek met Marc Mulders over zijn gebrandschilderde ramen met de titel De betoverende tuin in de doopkapel van de Sint-Petrusbasiliek in Oirschot
In deze aflevering gaat Robert van Altena in gesprek met Marc Mulders over zijn gebrandschilderde ramen met de titel De betoverende tuin in de doopkapel van de Sint-Petrusbasiliek in Oirschot
2024
Marc Mulders (Tilburg, 1958)
De kunst van Marc Mulders is als een tuin: kleurrijk en weldadig, met zachte en lichte tinten die de boventoon voeren. Hij schildert bij daglicht, in een open stal, staande op de drempel tussen het donker van de stal en de bloemenakkers rondom zijn atelier.
In vroeger werk in de jaren ’80 overheersen de donkere kleuren en schildert hij religieuze motieven als de piëta en het Laatste Avondmaal, en stillevens met dood wild, vissen en bloemen. Hij wordt in deze periode sterk beïnvloed door het werk van Chaïm Soutine. Het abstract schilderen trekt Marc Mulders aan, maar hij heeft de stoffelijkheid van dier en bloem nodig om te kunnen schilderen.
Een belangrijk kantelpunt is de verhuizing vanuit de stad (Tilburg) naar een boerderij op landgoed Baest in 2008. De tuin en de bloemenakkers rondom zijn atelier groeien uit tot het centrale motief in zijn oeuvre. Daarmee wordt ook zijn palet gaandeweg lichter. De bloemenvelden inspireren hem tot een meer abstracte weergave van bloemen waarbij vooral de wisselwerking tussen bloemenveld en zonlicht op de voorgrond treedt.
Schilders als Willem de Kooning, Helen Frankenthaler en de late Claude Monet zijn zijn grote inspirators. Niet verwonderlijk dus dat hij zijn eigen tuinen en bloemenakkers ‘my own private Giverny’ noemt, een verwijzing naar de beroemde tuinen van Monet in Giverny.
Naast de tuin-bloemenakker als motief verdiept Marc Mulders zich al jaren in de Perzische miniatuurkunst, waarin tuinen ook een belangrijke rol spelen. De vormgeving, kleurstelling en symboliek van deze miniaturen hebben de schilderijen van Marc Mulders diepgaand beïnvloed en veel schilderijen dragen dan ook titels als Persian Garden, Let the Desert Bloom en Persian Juno Iris. Deze Perzische miniaturen oefenen ook een sterke invloed uit op de ordening van kleurvlakken en motieven op zijn schilderijen.
2023, Marc Mulders in de brochure bij drie glas-in-loodramen voor de Sint-Petrusbasiliek te Oirschot
De ramen hebben als motto: ‘Goed zijn voor de aarde, goed zijn voor elkaar’. Een boodschap geïnspireerd door Franciscus van Assisi – zijn liefde en zorg voor de natuur – en door de encycliek Laudato Si’ en het vervolg Laudate Deum van paus Franciscus, die oproepen tot het eren en beschermen van de natuur.
Ik begon met de ramen in de herfst van 2022; zeer verontrustende tijden, het wereldtoneel oogde welhaast apocalyptisch met de oorlog in Oekraïne en de in een beangstigend snel toenemende klimaatcrisis. Onheilspellende sferen die mijn ramen langzaamaan anders zouden doen kleuren.
Want zo kwam ik er tijdens het ontwerpproces achter dat ik met het thema ‘Goed zijn voor de aarde, goed zijn voor elkaar’ te veel een ‘strijdend’ raam aan het maken was. Terwijl juist in deze verontrustende tijden – waarin al zoveel gewezen en geoordeeld wordt en met al die boosheid en verongelijktheid – de ramen daar juist niet aan mee zouden moeten doen.
Ik besloot te gaan voor ‘vredelievende ramen’ waarbij ik de mensen er nog even buiten liet. Dag 1 van de Schepping dus; toen waren er nog geen mensen in het verhaal, de bühne was nog leeg maar wel aangelicht.
Dag 1: “God scheidde licht en duisternis, het licht noemde Hij dag, de duisternis noemde Hij nacht.” En, dag 4: “God schiep de lichten aan het Hemelgewelf, zon, maan en sterren als markering voor de seizoenen, dagen en jaren.”
Hoog boven in de middenramen plaatste ik ‘de lichten aan het Hemelgewelf’, de sterren. In andere cirkels verschijnen natuur-manifestaties als zonnebloemen, pauwenogen en waterkringen.
Daarnaast verwijs ik in de ramen nog met twee tekens naar het motto ‘Goed zijn voor de aarde, goed zijn voor elkaar’: de tulp, die verwijst naar de natuur en ‘ons gezamenlijk huis’, en de stigmata, als verwijzing naar Franciscus van Assisi (zie ‘De elementen in de ramen’).
Marc Mulders, Oostelbeers herfst 2023
De ramen zijn een initiatief van pastor Leendert Spijkers en tot stand gekomen in glasatelier Kunstregie, in nauwe en vreugdevolle samenwerking met Ad van den Hoven en Peggy Hermans, zomer 2022 - herfst 2023.
2022, Nanda Janssen, Parijs fa uit Hunt for Paradise
Dwalend over de schilderijen van Marc Mulders lijkt het alsof de realiteit is gesmolten en in kleuren is uitgevloeid. Al jaren schildert hij het nabeeld van zijn paradijselijke bloementuin op het Brabantse platteland. Kijk maar naar de serie van de nachtelijke tuin, Nocturnes geheten, of naar de daglichtvarianten hiervan die idyllische titels dragen als Forest Floor, The Enchanted Garden, Persian Garden, Walk Me Out in the Morning Dew, Flowering en Let the Desert Bloom. Net als voor diverse andere kunstenaars vormen bloemen en planten voor Marc Mulders de opmaat naar existentie. In de abstracte patronen van de Nocturnes zijn bijvoorbeeld ook andere dingen dan bloemen te lezen: van atomen of cellen tot sterrenstelsels of het universum. Van het oneindig kleine naar het oneindig grote. De verbinding van mens, natuur en kosmos, daar is het deze lichtbrenger om te doen.
10-07-2021 - 15-08-2021, Oosterhout
Al jaren verdiept Marc Mulders zich in de Perzische miniatuurkunst, waarin tuinen een belangrijke rol spelen. De tuin is in deze traditie een paradijselijke plek, met verkoelend water en heerlijke vruchten, waar minnaars elkaar ontmoeten, waar muziek klinkt en ontspanning wordt gevonden. De vormgeving en kleurstelling van deze miniaturen hebben de schilderijen van Marc Mulders diepgaand beïnvloed.
In deze recente reeks werken op papier verwerkt hij miniaturen met voorstellingen van tuinen en het paradijs. Zelf zegt hij hierover: “Ik kijk steeds naar afbeeldingen van het Paradijs in Perzische miniaturen en de vroegchristelijke kunst. Met deze tuinen op mijn netvlies spreek ik tijdens het schilderen mijn penselen toe; gedraag je als tuingereedschap… en ik kam de verf, spit en snoei en met brede penselen maak ik denkbeeldige paden in de tuin van olieverf.” Zo maakt hij verluchtingen in olieverf. In plaats van het uitvergroten van verschillen tussen islam en christendom, zoals in het maatschappelijk debat vaak gebeurt, benadrukt Mulders de spirituele overeenkomsten. Het ideaal van het paradijs, de hoop op een mystieke eenwording met het goddelijke en het verlangen naar licht zijn immers universeel.
Anneke van Wolfswinkel, 2021
2021, Marc Mulders uit Hope
2020, Annemiek Leclaire interview uit FD Magazine
Kunstenaar Marc Mulders schilderde eind jaren tachtig vooral dode dieren en vergane bloemen. Gesprekken met kunstkenner Edy de Wilde zorgden ervoor dat Mulders het licht in zijn werk kon aanbrengen. ‘De Wilde zei mij dat je de ontroering van het leven in kaart moet brengen.’
27-03-2020, interview op Mister Motley
Welke nieuwe wereld zal er uit deze crisis voortkomen? Sinds 15 maart 2020 ziet de wereld er ook in Nederland radicaal anders uit. Het leven vertraagt. Het sociale bestaan dat ons als mens kenmerkt en energie geeft, vormt nu juist het grote gevaar: in het ontmoeten van de ander schuilt het noodlot.
Dat er iets moet gebeuren staat vast. Deze crisis voelt als hét moment om verandering aan te zwengelen en veel hedendaagse kunstenaars hebben daar vruchtbare ideeën over. Daarom starten de Oude Kerk en mister Motley een nieuw project: The World After.
26-09-2018, Paola van de Velde, interview uit De Telegraaf
Marc Mulders (60) heeft veel om dankbaar voor te zijn. Al ruim dertig jaar behoort hij tot de meest geliefde schilders van Nederland. Zeker twintig musea, waaronder het Amsterdamse Stedelijk Museum, De Pont in Tilburg en het Van Abbemuseum te Eindhoven kochten zijn neo-impressionistische doeken. Net als tal van particulieren. “Ik wil liever helen met mijn werk dan bruuskeren.”
2017, Marc Mulders, essay uit publicatie Marc Mulders. My Own Private Giverny
Wat te doen als je als schilder weg wilt vluchten van alle ruis en waan van de dag. Van alle stemverheffingen, oordelen en veroordelingen door politici en extreem gelovigen. Maar ook: weg van je eigen vermeend gelijk. Wel, de schilder kan zich als een tuinman gedragen, bloemenakkers aanleggen en verzorgen en deze vervolgens als een echo op het schilders linnen laten doorklinken. Het naar de natuur schilderen gaat stilletjes, niet met een hardop reciteren, maar een fluisteren van het alfabet van alle tonen, gradaties en sferen ontleend aan de natuur.
2014, Wilco Versteeg, uit Simulacrum
De Tilburgse kunstenaar Marc Mulders (1958) heeft een groot en veelzijdig oeuvre. De laatste jaren stijgt de belangstelling voor zijn werk enorm, onder andere door de onthulling van het glas-inloodraam Het laatste oordeel (2007) in de Sint-Jans Kathedraal in Den Bosch en de recente publicatie van het glossy Apocalyps (2011), dat naast de door Johannes geschreven bijbeltekst ook origineel werk van Mulders bevat. Mulders is een belijdend katholiek en deze levensbeschouwing staat zowel in als buiten zijn werk op de voorgrond. Er is wel gesteld dat zijn werk “gegrond in Christus” is.1 Uit de titels van de bovenstaande twee werken blijkt tevens dat de Bijbelse openbaring een rol van betekenis speelt in zijn houding ten opzichte van kunst en maatschappij.
2013, Annelies van der Woude, interview uit Trouw
Geroemd, gelauwerd en verguisd. Kunstenaar Marc Mulders raakt mensen met zijn werk. Het passeren van de vijftig bracht de geëngageerde Mulders rust en berusting. "Er is iets volbracht."
2013, Jaap Goedegebuure, essay uit The Moonlight Garden
In het schildersleerboek dat hij tijdens de tweede helft van zijn leven samenstelde, formuleert Albrecht Dürer de inzichten die de oude Grieken hem hebben bij-gebracht. Het is bij de natuur dat de kunstenaar te rade moet gaan, want alleen zij biedt het ideale model. Sterker nog: in haar openbaart zich de goddelijke werkelijkheid. Die is niet alleen te vinden in de vermenselijkte gestalte van de lijdende Christus, maar ook in de haas en het hert, en in splinters en gras.[1]
2013, Annemiek Leclaire, uit Vrij Nederland
In de winter van 1997 had beeldend kunstenaar Marc Mulders (1958) een solo-expositie in de gerenommeerde Galerie Daniel Templon in Parijs. Hij werd in die jaren vertegenwoordigd door Galerie Barbara Farber, die kort daarvoor veertig van zijn doeken had weten te verkopen op de grote kunstbeurzen in Bazel, Miami, Madrid en Parijs, en een tentoonstelling voor hem had verzorgd bij de Stefan Stux Gallery in New York. Na afloop van de opening bij Templon was er ter ere van Mulders een diner in een restaurant op Place de la Madeleine. Er waren ministers, mensen uit de modewereld, Claude Picasso en zijn vrouw. Later die avond zou de familie Guerlain, wereldberoemde parfumeurs en bewonderaars van Mulders’ werk, een feest mede voor hem geven op hun kasteel even buiten Parijs. Mulders had ertegen opgezien, er hing een jetset-sfeer rondom zijn bezoek in Parijs waarin hij zich niet thuis voelde. Halverwege de avond ging hij naar de gastvrouw om te zeggen dat ze onverwachts terug naar Tilburg moesten. ‘Marc, dat kan niet!’ had madame Guerlain ontzet geroepen. ‘Alles is al klaar in het kasteel!’ Maar Mulders reed naar huis. Een dag later stond er een woedende galeriehouder op Mulders’ antwoordapparaat. Daar ging de buitenlandcarrière van Marc Mulders.
Jurriaan Benschop, uit catalogus Noordbrabants Museum
Toen Marc Mulders in 2008 verhuisde van de binnenstad van Tilburg naar het landgoed Baest,[1] twintig kilometer buiten de stad, en zijn atelier in de grote schuur van een boerderij inrichtte, ging hij ervan uit dat er een omslag in zijn werk zou komen. Immers, de dagelijkse omgeving veranderde ingrijpend. Er was opeens "het buitenatelier" zoals Mulders het noemt. De tuin, de bossen, het weiland, de vogels, de mist, de bloemen, alles levend voor de deur, in permanente verandering, onder directie van de seizoenen. Het zou, voor een kunstenaar als Mulders, met een grote interesse in de natuur, vreemd zijn als deze verandering niet tot zijn werk door zou dringen. Toch duurde het een aantal jaren voordat er zichtbaar iets veranderde in het werk. En dat zegt iets over wat er gaande is, als vanuit natuur schilderkunst ontstaat en over de specifieke route die Mulders daarin volgt.
14-01-2012, René van Stipriaan, lezing Museum Catharijneconvent, Utrecht
Dames en heren,
Jaren geleden bracht ik bijna al mijn tijd door in bibliotheken. In een van de bibliotheken, in de Amsterdamse Spuistraat, kwam ik onlangs even iets opzoeken. In de buurt van een trap naar boven, trof ik een oudere man aan, die er vijftien jaar geleden ook al zat. En hij zat gebogen over een dik schift waarin de getallenreeksen en sommen scherp aftekenden. Zo’n schrift had hij jaren geleden ook al voor zich, en aan de smoezeligheid ervan te oordelen, zou het wel eens hetzelfde schrift kunnen zijn.